NIEUWS: Goedkoop geld om te renoveren

Gratis stockfoto met accountant, amerikaanse dollar, anoniem

Gaat u niet op reis? Dan voelt u het misschien kriebelen om uw huis grondig op te knappen. Hoe gaat u dat betalen? Aankloppen bij de bank of wachten op de renteloze renovatielening die de Vlaamse overheid heeft aangekondigd.

Heeft u plannen om uw woning te renoveren? Dan kan de zoektocht naar een goedkope lening beginnen. Een ding moet u vooraf zeker weten: voor investeringen in wooncomfort – zoals een zwembad, veranda of nieuwe keuken – liggen de tarieven een stuk hoger dan voor projecten die uw woning milieuvriendelijker maken, bijvoorbeeld zonnepanelen of dakisolatie. Tot die laatste categorie rekenen de meeste banken ook investeringen in veiligheid of waterbesparing, zoals gescheiden regenwateropvang, groendaken of systemen voor brand- en diefstaldetectie.

Wilt u groene investeringen combineren met bijvoorbeeld schilderwerken of de opsmuk van uw keuken of terras? Dan komt u in aanmerking voor het voordelige ecotarief, op voorwaarde dat de groene component voldoende doorweegt. Bij Argenta, Axa, KBC of Belfius is vereist dat u de helft van het kredietbedrag gebruikt voor groene investeringen. Andere banken leggen de lat bijvoorbeeld op 70, 75 of 90 procent.

Tariefkampioen

In bijgaande tabel ziet u dat het renteverschil de moeite loont. Groene leningen zijn gemiddeld 1 tot 1,5 procent goedkoper geprijsd dan klassieke verbouwleningen. Bij Belfius betaalt u voor een groene lening zelfs minder dan de helft. Axa is momenteel de tariefkampioen voor beide formules. Groene projecten kan u er financieren vanaf 1,34 procent, terwijl het basistarief voor een gewone verbouwingslening 2,50 procent bedraagt. Voor een lening van 20.000 euro op vijf jaar komt dat respectievelijk overeen met een maandaflossing van 344,74 of 354,59 euro. Zo spaart u tegen het ecotarief over de volledige looptijd pakweg 600 euro aan rente uit.

Nog goedkoper wordt het als u helemaal geen rente moet betalen. Dat kan vanaf volgend jaar met de renteloze renovatielening van de Vlaamse overheid. Die kan u afsluiten bij uw bank of bij een lokaal energiehuis voor maximaal 60.000 euro en twintig jaar. De Vlaamse overheid neemt de rente voor haar rekening, zodat dit voor de kredietnemer gelijkstaat met een renteloze lening. Daar krijgt u nog een zogenaamde ‘labelpremie’ bovenop. Die ligt tussen 2.500 en 5.000 euro, afhankelijk van het kredietbedrag en het energielabel dat uw woning behaalt na de renovatie.

Wie komt hiervoor in aanmerking? Bestaande eigenaars vallen voor deze voordelige regeling uit de boot. In een eerste fase zijn de renteloze energielening en de labelpremie voorbehouden voor nieuwe eigenaars die vanaf 1 januari een woning verwerven in volle eigendom door aankoop, schenking of erfenis. In een volgende fase is het bedoeling een gelijkaardige regeling uit te werken voor bestaande woningen en eigenaars.

‘Voor deze doelgroep willen we tegen 2022 een eengemaakte, geïntegreerde woningrenovatiepremie uitwerken die de bestaande energiepremies, totaalrenovatiebonussen en de Vlaamse renovatiepremie bundelt’, laat minister van Energie Zuhal Demir (N-VA) weten.

Voorschot op uw pensioen

Komt u er niet uit met een renovatielening op afbetaling? Dan kunt u voor grotere bedragen ook een heropname van uw lopend woonkrediet overwegen. Binnen uw bestaande kredietopening leent u een extra bedrag. Een eerste voordeel is dat u de terugbetaling dan over een langere periode kunt spreiden. Bovendien laat deze kredietformule lagere rentevoeten toe. Ter indicatie: voor vaste hypotheekleningen op tien jaar bedraagt de gemiddelde rente 0,98 procent, terwijl u voor de goedkoopste ecolening uit onze tabel al 1,34 procent betaalt.

Bedenk wel dat bij een heropname ook weer dossierkosten komen kijken. Die kunnen oplopen tot 500 euro. Voor korte looptijden en lage bedragen loont dit meestal de moeite niet.

Last but not least kunt u ook uw groepsverzekering aanspreken. Afhankelijk van uw leeftijd kunt u zowat 70 procent van de opgebouwde reserve opnemen om uw renovatieplannen te financieren. U beslist zelf of u het kapitaal later terugstort. Doet u dat niet, dan wordt het opgenomen voorschot later afgehouden van uw pensioenuitkering. Houd er wel rekening mee dat u een voorschot niet gratis krijgt, ook al is het uw geld. Zolang u het voorschot niet heeft terugbetaald, moet u er in principe intrest op betalen. Die kunt u betalen in jaarlijkse schijven of in één keer aan het einde van de rit.


Bron: De Standaard